Predikt het Evangelie aan alle creaturen
"Predikt het Evangelie allen creaturen."
Markus 16:15b
Op de dag van Zijn opstanding is de Heere Jezus aan verschillende mensen verschenen. Op de avond van deze dag verschijnt Hij aan Zijn discipelen, 'de elven'. De discipelen zitten achter gesloten deuren. Ze zijn bang voor de vijandschap van het Sanhedrin. De discipelen zijn ook zwak van moed. In de hof van Gethsemané hebben ze de Heere verlaten. Bovendien zijn ze onkundig in de noodzaak van het lijden en sterven van Christus. Bang, moedeloos en dwaas vinden we de discipelen bijeen. Bang, moedeloos en dwaas leren Gods kinderen zichzelf kennen. In het natuurlijke leven kunnen we met dit soort mensen niet erg uit de voeten. Belangrijke taken kunnen we hen niet geven. Een zware functie is voor zulke mensen niet geschikt. Bang, moedeloos en dwaas: het maakt een mens onbekwaam.
Wat een wonder en wat een onbegrijpelijk geheim dat de Heere Jezus voor zulke mensen een opdracht heeft. Zijn kracht wordt in zwakheid volbracht. Onbekwame mensen kan de Heere Jezus gebruiken. Hij geeft aan de discipelen een opdracht. 'Predikt het Evangelie.’ Het Evangelie betekent 'goede boodschap'. Er zijn allerlei slechte boodschappen in deze wereld. De duivel is de verspreider van verkeerde boodschappen. Hij zegt tegen mensen dat ze mogen doen wat ze willen. Doe maar precies waar je zin in hebt. Hij zet het IK centraal. Hij biedt geld, goed, bezit, roem en eer. Hij biedt een wereld vol genot en plezier aan. Kom, zegt de satan, tast toe. Leef voor je plezier. Pluk de dag. Wereldse genoegens, maar ook godsdienstige genoegens zijn allemaal bij de satan te verkrijgen. De Heere Jezus zegt echter tegen de discipelen: Breng het goede nieuws.
Breng het nieuws van Mijn Persoon en Mijn arbeid. Zeg tegen mensen dat ze leven in zonden en schuld. Predik de dood en het leven. Het Bijbelse Evangelie is aan de ene kant een ernstige boodschap. Het is de boodschap van dood, hel, oordeel, graf, zonde, vijandschap tegen God. Hoe belangrijk toch dat we daar iets van leren en beleven in ons leven. De Heilige Geest opent daarvoor de ogen. Dan wordt het nood in ons leven. Ware nood, echte nood. Maar het is aan de andere kant ook een rijke boodschap: Evangelie. Paulus is geroepen om het Evangelie te verkondigen. Hij roept het uit: ‘Wee mij indien ik het Evangelie niet verkondig.’ De nood is hem opgelegd. De Heere laat deze goede boodschap brengen.
Wat is de inhoud van deze boodschap? Het Evangelie is de boodschap van de liefde van de Vader. Hij gaf Zijn Zoon en wil in deze Weg vijanden met Zichzelf verzoenen. Van eeuwigheid heeft God Zijn gemeente liefgehad. Onbegrijpelijk dat God de Vader, door de diepte van de zondeval heen, omziet naar zondaren. Dat God Zijn eer wil verbinden aan het zalig worden van schuldige mensen. Het Evangelie is ook de boodschap van de genade van Christus. Christus kwam op deze aarde. Hij gaf Zijn leven. Hij overwon dood, hel zonde en graf. Hij is de Levensvorst. Hij is gekomen, niet om der mensen zielen te bederven, maar om der mensen zielen te behouden. Er is bij Hem een volheid van genade. Hij kan en wil doden levend maken, schuldigen verlossen, gebondenen vrijmaken, hongerigen voeden, ellendigen helpen. Hoe schoon en heerlijk is deze Heiland.
Hij is de Enige Naam onder de hemel. Genade is op Zijn lippen uitgestort. Het Evangelie is ook de boodschap van de kracht des Geestes. leder mens is geestelijk dood. De Heilige Geest maakt zondaren levend, voor het eerst en opnieuw. Hij zegt: leeft in uw bloede, leeft. Hij maakt de stem van Christus krachtig. Deze Geest leert verstaan dat de doden zullen horen de stem van de Zoon van God. Kennen wij die stem? Horen we de woorden? Weten we iets van die kracht? Dan wordt waar wat de dichter zingt:
Nooddruftigen zal Hij verschonen;
Aan armen, uit genâ
Zijn hulpe ter verlossing tonen;
Hij slaat hun zielen gâ,
Als hen geweld en list bestrijden,
Al gaat het nog zo hoog;
Hun bloed, hun tranen en hun lijden
Zijn dierbaar in Zijn oog.
Ds. W. Visscher