banner_kerk4.jpg
joomla responsive menu free

 

De Christus van het Kerstfeest

"In de wereld zult gij verdrukking hebben, maar hebt goede moed, Ik heb de wereld overwonnen."
Johannes 16:33

In moedeloosheid kan een christen wel eens denken bij zichzelf rond de dagen van het Kerstfeest: ‘Christus’ komst in de wereld maakt weinig verschil. Moet je eens zien wat er allemaal gebeurt in de wereld. Al die vluchtelingen, zoveel ellende … En satan en zonde winnen steeds meer terrein. En in mijn eigen leven is er steeds weer kruis en strijd.’
Mogelijk herkennen we deze verzuchting in deze dagen van Advent en Kerst. Laten we er eens over nadenken. Welk verschil maakt de komst van Christus in deze wereld. Laten we de vraag vooral persoonlijk maken. Maakt de geboorte van Christus en Zijn komen in deze wereld verloren in zonde en schuld verschil uit in mijn hart en leven?
Na Zijn geboorte bleef Jezus geen kleine baby. Hij maakte groei en ontwikkeling door. ‘En Jezus nam toe in wijsheid, en in grootte, en in genade bij God en bij de mensen.’ Zijn dienstwerk onder Israël was niet zonder uitwerking: ‘…lerende in hun synagogen, en predikende het Evangelie des Koninkrijks, en genezende alle ziekte, en alle kwale onder het volk.’
Na Zijn kruisiging bleef de Heere niet in het graf. Hij is op de derde dag uit dood en graf opgestaan. Na Pasen heeft Hij Zich als de Opstanding en het Leven aan velen geopen-baard. Als de Levensvorst bezit Hij de sleutels van de hel en van de dood. Na Zijn opstan-ding bleef Hij niet op de aarde. Hij is opgeva-ren ten hemel en is nu gezeten aan de rech-terhand van de Vader. Daar is Hij Zijn Kerk ten goede als de biddende en dankende Hoge-priester. Daar in het Vaderhuis heeft Hij de plaats bereid voor al Zijn volk. Vanuit de hemel heeft de Vader de Heilige Geest uitgestort in Zijn Naam. En Hij zal na Zijn hemelvaart niet in de hemel blijven. Hij zal terugkomen om al de Zijnen tot Zich te nemen in Zijn heerlijkheid: ´En zo wanneer Ik heen zal gegaan zijn, en u plaats zal bereid hebben, zo kome Ik weder en zal u tot Mij nemen, opdat gij ook zijn moogt, waar Ik ben.’
De geboorte van Christus in Bethlehem maakt verschil! Maakt een groot en eeuwig verschil. Christus en Zijn komst is het grote scharnier-punt van de wereldgeschiedenis. Het heilsfeit van Kerst is toch veel meer dan het gedenken van Zijn geboorte alleen. Al de andere heils-feiten zitten er onlosmakelijk aan vast. Want zonder Kerst geen Goede Vrijdag, geen Pasen, geen Hemelvaart, geen Wederkomst. Maar dat betekent niet dat er geen problemen en bange vragen meer zijn in deze wereld. Of dat degenen die bij Hem horen geen strijd en moeite hebben op de aarde. De Zaligmaker heeft zelf gezegd: ‘In de wereld zult gij verdrukking hebben.’ Zeer stellig spreekt Hij Zich hier uit. U zult vast en zeker verdrukking hebben in de wereld. Hij beloofde geen hemel op aarde. Er is voor de gelovigen geen vrij zijn van verdriet, zolang zij in dit lichaam zijn. Maar dan wijst Christus op Zichzelf. Op het verschil dat Hij maakt. Al worden we beproefd, verdrukt, achtervolgd, zijn er aller-lei bestrijders, klagen satan, wereld en eigen hart ons aan, toch zullen we niet ten onder-gaan.
Hoor wat Jezus zegt: ‘maar hebt goede moed, Ik heb de wereld overwonnen.’ Hij is in de wereld gekomen om de wereld te overwinnen. Wat een troostrijke woorden. Wat een zegen om op dit troostrijke woord van Hem te leren rusten. De stormen kunnen zwaar zijn, wind-kracht tien. Maar de stormen brengen de christen alleen maar dichter bij Hem. Dat is de sterkte van een in zichzelf zwak en ellendig mens. Hier wil genade leren om zich te wape-nen met het Woord van Zijn mond.
Dan zegt de dichter van Psalm 27: ‘Zo ik niet had geloofd dat in dit leven mijn ziel Gods gunst en hulp genieten zou: Mijn God, waar was mijn hoop mijn moed gebleven? Ik was vergaan in al mijn smart en rouw!’ In zichzelf bezit hij geen moed. Als hij ziet op zijn zwakheid, op de omstandigheden, op eigen dwaasheid en zondeschuld dan vreest hij om te zullen komen. Toch heeft hij moed. ‘Mijn moed’, zo heel persoonlijk. Weet u waar die moed uit voortkomt? Dan wijst hij van zichzelf af en zegt: ‘als ik niet wist van Uw gunst, Uw hulp, dan was ik al lang vergaan.’ Maar nu is er hulp, moed en kracht.
De wereld zingt plat en oppervlakkig: ‘houdt er de moed maar in.’ Een volgeling van de Zaligmaker krijgt zoveel uit de volheid van Zijn genade dat hij met Paulus zegt: ‘wij hebben dan altijd goede moed.’ Ook al kan de moed je in de schoenen zinken als je ziet op de toestand in de wereld, de kerk en vooral de toestand in het eigen hart. Maar dan klinkt het van Zijn gezegende lippen: ‘hebt goede moed, Ik heb de wereld overwonnen.’ Zo houdt Hij staande. Zo geeft Hij kracht in zwakheid, goede moed in dikwijls schuldige moedeloosheid van twijfel en ongeloof. ‘Ik heb de wereld overwonnen.’ De wereld waarin Gods kerk lijden en strijden moet, is een overwonnen wereld. De strijd en de overwinning is in Bethlehem begonnen. Het heeft Jezus veel gekost, maar door Zijn dood en opstanding heeft Hij de overste van deze wereld, dat is de duivel, overwonnen. De vijand is een reeds geslagen vijand. Het gaat naar de finale en totale overwinning. Zijn komst is alles beslissend. Maar dan moeten we wel Hem toebehoren. Wie een vijand van Hem is en blijft, houdt het niet uit. Alleen degenen die in Christus Jezus zijn, kunnen goede moed hebben. Anders zal de moed u, jou, straks eeuwig vergaan. Zie wat het grote verschil maakt. Zoek door genade het wonder van goede moed te kennen in de Christus van het Kerstfeest.

Ds. W. Harinck