banner_kerk1.jpg
joomla responsive menu free

Klaar voor de toekomst?

"Die in de zomer vergadert, is een verstandig zoon; maar die in de oogst vast slaapt, is een zoon die beschaamd maakt."
Spreuken 10:5

De scholen zijn weer begonnen. De vakantietijd is voorbij. Het schoolrooster bepaalt weer het ritme van de dag. Straks komen alweer snel de overhoringen, repetities, toetsen enz. Mogelijk ben je aan  een examenjaar begonnen of aan een nieuwe opleiding. Misschien zit je nu in de hoogste groep van de basisschool. School, studie, stage … het heeft alles te maken met je toekomst. Werken aan je toekomst! Dat is verstandig. Daar gaat het in deze Spreuk ook over. ‘Die in de zomer vergadert, is een verstandige zoon’. Zomertijd was toen bepaald geen vakantietijd. Het was de tijd van de oogst. Er moest hard gewerkt op worden op het land met het oog op de winter. Voorraden moesten worden aangelegd voor mens en beest. Niemand kon gemist worden. Ook de kinderen werkten mee. In de zomertijd vergaderen voor de winter. Dan ben je verstandig bezig. Wie de zomer voorbij laat gaan en geen voorraad bij elkaar
brengt voor de wintertijd is niet alleen lui, maar ook dwaas.  Vergaderen wij in de zomer? Hoe gebruiken we onze tijd? Genadetijd wordt hier zomertijd genoemd. De winter komt er aan. Zijn we er op voorbereid? ‘De wijzen leggen wetenschap weg’ (vers 14). Ja, dat is wijs om in de zomertijd voorbereidingen te treffen, rekening te houden met de winter die komt. Ruth gaat dan op advies van Naomi naar de akker van Boaz om aren te rapen. Het is haar tot zegen geweest. Hoe leven wij bij het Woord? Zoeken wij, jongeren en ouderen, om vanuit het Woord schatten te vergaderen? De winter komt. De winter is koud en kil, donker en eenzaam. In de wereld waarin wij leven is een proces van verkilling gaande. Het is voorzegt: ‘de liefde van velen zal verkouden’. Vrijheid – gelijkheid – eenzaamheid! Daarom moeten we werken in de zomer, opdat we voorbereid zijn op de winter. Gebruik toch de zomertijd van je jonge leven om de Heere te zoeken. Slaap toch niet de zomertijd van je leven. ‘Die mij vroeg, die mij jong zoeken, zullen Mij vinden’, zegt de Heere. De zomer van ons leven kan zo snel voorbij zijn! Een zuchtje wind en de bloem van een jong leven knakt! ‘Men kent en vindt haar standplaats zelfs niet meer’. Slapen in de zomer … Van nature zijn wij allemaal diep in slaap. Wat is het nodig dat de Heilige Geest een mens wakker maakt uit de slaap van de zonde en de onbekeerlijkheid. Velen slapen in de zomer, in de genadetijd van hun leven, alsof het nooit winter zal worden. Maar door Zijn genade doet de Heere zondaren ontwaken. Dan doen we wat de Pinksterlingen deden toen het Woord hen diep van binnen raakte. Ze zagen hun schuld en riepen uit: ‘wat moeten we doen’? Dan doen we wat christen deed in ‘De Christenreis’ van John Bunyan. Hij stond op en verliet Stad Verderf. ‘Ik ben een verloren zondaar, waarheen moet ik vluchten om behouden te worden’. Dat noemt de Heere hier nu wijs! ‘Die in de zomer vergadert, is een verstandig zoon’. Maar, er is ook een andere kant. Slapen in de zomertijd, de oogsttijd voorbij laten gaan, maakt beschaamd, maakt tot schande. Zo iemand zet z’n toekomst op het spel. Dan ben je een zoon die beschaamd maakt. De Spreukendichter wil zeggen: niet alleen jezelf, maar ook je ouders. Wat geeft het een zorg aan een vader en een moeder als kindlief er met de pet naar gooit. Wat geeft het vooral smart als kinderen de Heere en Zijn dienst niet liefhebben, maar andere keuzes maken. Dat geeft ouderteleurstelling, maar dat zal zoon of dochter vroeg of laat ook teleurstellen. Want op oogsttijd volgde oogstfeest. Wat een vreugde wanneer een zondaar in de nood en verlorenheid van zijn leven in de Heere Jezus de zaligheid en het leven vindt. Dan geeft Hij een voorsmaak van het eeuwige leven. Gods kinderen gaan het eeuwige oogstfeest tegemoet. Christus, als de Hemelse Landman, zal Zijn volk inzamelen zoals de oogst wordt binnengehaald. Hij haalt de Zijnen thuis. Hij zal ze vergaderen en brengen in Zijn schuur. De winter komt. Het christendom lijkt aan een terugtocht te zijn begonnen, zeker in het Westen. Maar Christus is in aantocht. Hij komt. Zijn we gereed voor de toekomst? Wil toch wijs zijn. ‘Werk zolang het dag is, want de nacht komt, wanneer niemand werken kan’.

Ds. W. Harinck