De wijsheid van Abigaïl
"Toen nu Abigaïl David zag, zo haastte zij zich, en kwam van de ezel af, en zij viel voor het aangezicht van David op haar aangezicht, en zij boog zich ter aarde."
1 Samuël 25:23
Als David hoort hoe Nabal over hem denkt, wordt hij toornig. Hij neemt 400 mannen met zich mee en trekt op naar Karmel. Daar laat hij 200 mannen achter om de bagage te bewaken en met de rest trekt hij verder ten strijde tegen Nabal. Dit had David niet mogen doen. Hij wil zich wreken op Nabal, die hem had beledigd. David is uit op persoonlijke wraak. Hier is hij niet goed bezig. Hij is immers nog geen koning over Israël. Al is hij gezalfd en wacht hem de troon, toch bezit hij de koninklijke macht nog niet en mag hij daarom niet als rechter handelen. Opnieuw is Gods Woord eerlijk in het beschrijven van het feilen en falen van de man naar Gods hart. Ook nu hij het recht in eigen hand wil nemen. Is dat nu dezelfde man die eerder het leven van Saul spaarde? Toen kon en wilde hij geen wraak nemen. Nu echter is er woede in zijn hart. David heeft er nog een eed bij gezworen ook (vers 21, 22). De Bijbel zet Gods kinderen en knechten niet op een voetstuk. De beschrijving van de misstanden in hun leven zijn voor ons tot onderwijs. Het is een troost voor degenen die schrikken van hun boos en zondig hart om te lezen dat David en anderen met hetzelfde zondaarsbestaan te maken hadden. Maar het
is ook tot vermaning. Het roept op tot waken en bidden opdat wij niet in verzoeking komen. ‘Heere, bewaar mij toch, wilt U mij toch vasthouden,
in mijzelf is geen kracht’. David zit op een totaal verkeerde weg als hij er op uit is om Nabal en zijn mannen te doden. Bloedwraak lost niets op. Er ontstaat
een vicieuze cirkel van geweld en bloedvergieten. Gelukkig dat de Heere de wijsheid van een vrouw wilde gebruiken om David tegen te houden. Abigaïl is de vrouw van Nabal. Van haar wordt gezegd dat zij goed is van verstand (vers 3). Zij is dus een verstandige, wijze vrouw. Waarin dat uitkomt? Is dat misschien in haar voortvarendheid? Zeker, zij is voortvarend. Want als zij hoort dat David oprukt om Nabal te doden, handelt zij zeer kordaat. Abigaïl
begrijpt dat er met haar man niet valt te praten, daarom grijpt zij zelf in. Zij geeft opdracht om geschenken voor David gereed te maken. Al die geschenken worden op ezels geladen en door Abigaïl zelf naar David gebracht. Nauwkeurig wordt verteld waar de ontmoeting tussen Abigaïl en David plaats vindt. ‘In het verborgene des bergs’ (vers 20), dat is een bergkloof, op een smal bergpad. Abigaïl komt van haar ezel af om David te begroeten. Zij buigt voor David neer en neemt al de schuld van haar man op zich. Nederig vraagt zij om vergeving. Uit heel haar houding en uit al de woorden die zij spreekt blijkt grote wijsheid. Wat is het geheim van deze wijsheid? Wel, op het punt waar haar man dwaas is, is Abigaïl wijs. Waar Nabal in David de gezalfde Gods niet
herkende en erkende, daar is het bij haar zo geheel anders. Dat zij in David de man Gods herkent komt duidelijk uit in de profetische woorden die ze spreekt. Zij zegt dat de Heere Davids huis bestendig zal maken. Hij zal David beschermen en hem koning maken over Israël. Ze maakt zich nederig en klein tegenover de door God verkoren koning van Zijn volk. Bescheiden smeekt zij om genade. Hoe wijs is Abigaïl hier. Het is een wijsheid die van nature bij de mens niet wordt gevonden. De Heere Zelf werkt deze wijsheid in haar hart. Wat is het ook voor ons nodig om deze ware wijsheid te leren. Wat is wijsheid? En hoe kom je eraan? Het is goed om op school ons best te doen. En als je het in je hebt is het mooi om verder te studeren. Maar al hebben we een berg van kennis en wetenschap vergaderd en zijn we bedreven in takken van wetenschap, toch is dat nog iets anders dan deze Bijbelse wijsheid. Want wat is deze wijsheid? De eenvoudigste man of vrouw kan hier wijzer zijn dan de knapste professor. In de woorden en de houding van Abigaïl zien we ware wijsheid. Wat ze deed, deed ze met haast. Zo is het wijs om ons te haasten en spoeden om onzes levens wil. Abigaïl begeerde wat tot vrede dient. Het is wijs om te zoeken wat tot onze eeuwige vrede dient. Dat is te zoeken naar een God voor ons hart en een Borg voor onze schuld. Abigaïl eigende de schuld. Van harte en zonder er op af te dingen belijdt zij schuldig te zijn. Dat is een kenmerk van een vernieuwd en wijs gemaakt hart. Dan houden
de uitvluchten op. Ook wijzen we niet meer naar een ander. We rekenen onszelf de zonde en de schuld aan. Dat doet buigen met het gezicht in het stof. Diep buigen! Abigaïls houding was die van boetvaardigheid en nederigheid. Kent u, ken jij die houding voor God? Vooral komt Abigaïls wijsheid hierin uit dat ze voor David buigt. Zoals zij hier voor David buigt, leert de wijsheid van Gods genade buigen aan de voeten van de Heere Jezus Christus. De Heilige Geest brengt het in ons hart om voor de grote Zoon van David te buigen. Wat een gezegend buigen want daar wordt het wonder ervaren: ‘… en die zichzelf
vernedert, zal verhoogd worden’.
Ds. W. Harinck