Vervuld met de Heilige Geest
"En zij werden allen vervuld met de Heilige Geest."
Handelingen 2:4a
Pinksteren is het feest der voltooiing. Het feest der vervulling is nog niet het feest der volmaking. Wat op de 50e dag na Pasen te Jeruzalem gebeurde, is slechts de inzet geweest van de Pinksterstorm, die over de wereld zal varen. Het Pinksterevangelie spreekt nog van andere dingen dan van de ruisende zegen des Geestes. Het predikt ook de grote en doorluchtige dag des Heeren. De Geest des Heeren vergadert door de prediking van Zijn Woord Zijn gemeente. Hij loutert de bruid van Christus door alle werkingen Zijner heiligmaking. Hij brengt het Rijk van Christus over en door de wereld en breekt het rijk van de vorst der duisternis af. Zijn weg is een weg van strijd. Hij laat de wereld niet met rust en Hij grijpt haar aan tot in haar diepste schuilhoeken. En zo voert Hij alles tot het einde aller dingen, wanneer de volle scheppingsheerlijkheid weer hersteld wordt op de nieuwe aarde. Niet het minst de heerlijkheid van de inwoning Gods. Want het mag ons niet genoeg zijn, dat het vleesgeworden Woord onder ons heeft gewoond en dat de Geest onder ons Zijn woonstede heeft, maar de Vader moet neerdalen en de drieënige God moet wonen onder mensen. Welnu de toekomst genaakt. De ure komt, dat een grote stem uit de hemel klinken zal, zeggende: "Zie, de tabernakel Gods is bij de mensen en Hij zal bij hen wonen en zij zullen Zijn volk zijn en God Zelf zal bij hen en hun God zijn." Dan is de Gemeente tot de laatste gegevene des Vaders toe vergaderd. Dan kent Christus' bruid geen vlek of rimpel meer. Dan is het Koninkrijk Gods volmaakt en het nieuwe Jeruzalem is op deze gelouterde aarde neergedaald. "En ik zag geen tempel in haar, want de Heere, de almachtige God, is haar Tempel en het Lam." Naar die voleinding wijst de dag van het Pinksterfeest. Op dat einde werkt de Geest van God aan en pas in dat einde kan Zijn "volbracht" klinken en is de sabbat van Zijn rust bereikt.
En bezie nu in het licht van dat werk niet alleen de geschiedenis van Christus' Kerk, maar alle gebeuren in deze wereld. Het schijnt, dat er in de verwarring van deze dagen voor het werk des Geestes geen plaats is en dat er op deze donkere aarde van de komst des Koninkrijks niets terechtkomt. Heeft de Kerk nog wel enige betekenis voor het leven en waar is de majesteit van de Koning der Kerk, als de Heere der heerlijkheid? De Kerk is niet dood en het Koninkrijk komt en deze aarde is het arbeidsterrein van de Geest Gods. Nu werkt de Geest des Heeren. Nu zijn het de laatste dagen. Nu worstelt de Geest met de wereld. Nu leidt Hij Zijn Kerk tot de overwinning. Nu staat alles in het teken van Zijn arbeid, want de afbraak der volkeren is de doorbraak van het Rijk van Jezus Christus. Merk op, dat de Geest Gods de aarde voorbereidt voor haar vernieuwing. Onmisbaar is, dat uzelf door Hem wordt gereinigd en geheiligd, opdat u biddend en verlangend de grote en doorluchtige dag des Heeren tegemoet zult mogen treden. Dat einde waarin voor ieder duidelijk zal worden of we van Christus zijn; ja of nee; eeuwig wel of eeuwig wee!
Hoe kunt u van uw deelgenootschap aan Christus verzekerd zijn? Wanneer u kent de leiding van de Geest des Heeren. Die begint u aan uw eigen armoede en zonde te ontdekken en wil u een diep inzicht geven in uw verdorvenheid en ledigheid en verlorenheid. Diezelfde Geest leidt uit de verslagenheid over uw zonden en de diepte van uw ellende ook tot de verlossingen in Christus. En Hij maakt begerig naar de verzoening om Jezus' wil. Die Geest doet al meer inleven, dat u buiten de Heere Jezus niet kunt, om door Hem met God verzoend te worden. Dan wordt de inwoning des Geestes het hoogste voor u. Want zovelen als er door de Geest Gods geleid worden, die zijn kinderen Gods. Maar wie de Heere Jezus niet liefheeft, die zij een vervloeking; Maranatha.
De Heere komt! De grote en doorluchtige dag des Heeren nadert. De dag der wraak van onze God. Maar ook de dag der heerlijkheid van al Zijn volk. Gode tot heerlijkheid. Het volk des Heeren moge in dat blijde vooruitzicht hun Pinksterfeest vieren. Het feest der inwoning Gods. Nu nog ten dele! Die inwoning bereikt eenmaal haar volmaking. God zal hier op aarde onder Zijn volk wonen. Na de nacht daagt de eeuwige morgen en door de wereldcrisis heen voert de Geest al de Zijnen tot het paradijs Gods, dat eeuwig is. Dan is de eer der schepping door de herschepping hersteld. Dan breekt de sabbat des Geestes aan. Naar die rust strekt zich het verlangen van de Geest en het heimwee van Zijn bruidsgemeente uit. "En de Geest en de bruid zeggen: kom! En die het hoort, zegge: kom! En die dorst heeft, kome; en die wil neme het water des levens om niet. Amen."
Ds. J. van Vliet